De Standaard schrijft: Hospitalisatieverzekeringen van het ziekenfonds zijn altijd al goedkoper geweest dan die van de private verzekeraars. Maar met de premieverhogingen van dit jaar loopt het helemaal de spuigaten uit. Steeds meer consumenten maakten de afgelopen maanden en jaren daarom de overstap naar de hospitalisatieverzekering van hun mutualiteit."
"Op het vlak van de premie valt daar beslist geld mee te besparen. Wie tussen 25 en 50 jaar oud is, betaalt voor een ziektekostenverzekering bij het christelijke ziekenfonds CM immers maar ongeveer 85 euro per jaar, terwijl een dertigjarige bij DKV - de grootste Belgische ziekteverzekeraar - inclusief taksen bijna 290 euro per jaar moet neertellen. Na verloop van tijd worden die premieverschillen echter een stuk kleiner. Bij het ziekenfonds gaat de verschuldigde premie immers omhoog met leeftijdsprongen, terwijl bij de private verzekeraars de instapleeftijd levenslang bepalend blijft voor de premie. Zo is de jaarpremie voor het Hospitaalplan van CM bijvoorbeeld opgelopen tot 166,56 euro per jaar voor een zestigjarige, en tot 246 euro vanaf 70 jaar. Bij de andere ziekenfondsen liggen de premies in dezelfde orde van grootte.
Voor wie zich pas op latere leeftijd aansluit bij de hospitalisatieverzekering van zijn ziekenfonds, worden de verschillen nog kleiner. Wie pas aansluit bij het CM-Hospitaalplan na zijn zestigste, betaalt immers al 213 euro per jaar, en bij aansluiting vanaf 70 jaar stijgt de jaarpremie tot 295,20 euro. Op hoge leeftijd wordt het prijsvoordeel van een hospitalisatieverzekering van het ziekenfonds dus automatisch een stuk kleiner. Maar daar moeten (jonge) gezinnen nog niet van wakker liggen. Zij kunnen elk jaar een pak geld besparen door te kiezen voor een ziektekostenverzekering van het ziekenfonds.
Tegenover de lagere ziekenfondspremies staan echter wel een aantal waarborgverschillen. Zo worden bijvoorbeeld kamer- en ereloonsupplementen voor een eenpersoonskamer door de privéverzekeraars volledig terugbetaald, terwijl de ziekenfondsen terugbetalen volgens de wettelijk vastgelegde tarieven van twee- of meerpersoonskamers. Verder sluiten de ziekenfondsen de terugbetaling uit van kosten die door de wettelijke ziekteverzekering niet worden terugbetaald. Of anders gezegd: alleen van de factuurbedragen waarvoor de wettelijke ziekteverzekering een deel terugbetaalt, betaalt een hospitalisatieverzekering van het ziekenfonds de rest terug. Van die beperking heb je met een private hospitalisatieverzekering evenmin last.
Die uitgebreidere dekking verklaart echter maar voor een deel waarom de privépolissen duurder zijn dan die van de ziekenfondsen. Daarnaast zijn het vooral verschillen in wetgeving en reglementering die hiervoor verantwoordelijk zijn. Een eerste verschil is dat de privéverzekeraars wettelijk verplicht zijn om voor elke aangeslotene een reserve op te bouwen voor later. Om dat spaarpotje aan te leggen, moet extra premie gevraagd worden. Voor de ziekenfondsen geldt deze verplichting niet. Zij moeten enkel voldoende premie vragen om het jaar door te komen. Daarnaast zijn de ziekenfondsen ook niet verplicht om de levenslange duur van de verzekering te waarborgen, terwijl die verplichting wél geldt voor de privéverzekeraars. En last but not least gelden voor de private spelers ook andere fiscale wetten: zij moeten 19,25 procent verzekeringstaks aanrekenen tegenover iets minder dan 10 procent voor de mutualiteiten. Deze discriminaties zijn al lang een doorn in het oog van de verzekeraars. En zij hebben de Europese Commissie aan hun kant gekregen. Eind mei werd ons land hierover op de vingers getikt en werd in een gemotiveerd advies gevraagd om binnen de twee maanden deze discriminaties weg te werken. Zo niet, dan is een veroordeling niet meer veraf. Op korte termijn zal dat voor de verzekerden wellicht geen gevolgen hebben, maar op middellange termijn valt te verwachten dat de polissen van de ziekenfondsen hierdoor een stuk duurder zullen worden." Bron: De Standaard
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten