de zwakste / goedkoopste betalen als eerste de rekening
In het Europees Parlement werd vorige week de Europese richtlijn rond uitzendarbeid goedgekeurd. ABVV Metaal is verheugd dat op Europees vlak eindelijk een regelgeving in de maak is die ervoor zorgt dat de ongebreideldheid waarmee sommige Europese landen tewerk konden gaan, een beetje aan banden wordt gelegd. Alhoewel de uitzendkrachten in heel wat Europese landen nu uitzicht op een betere bescherming krijgen, blijft ABVV Metaal over een aantal punten toch wel ontgoocheld. Naast het feit dat er mogelijke uitzonderingen voorzien zijn voor wat betreft de gelijke behandeling van uitzendkrachten, staan in de richtlijn een aantal maatregelen die voor BelgiĆ« een achteruitgang zouden kunnen betekenen. Zo staat er bijvoorbeeld in de richtlijn dat hinderlijke regels die uitzendarbeid beperken ´indien nodig moeten worden weggewerkt´. Het heeft er alle schijn van dat de uitzendsector dit zal aangrijpen om de deur open te zetten naar een verregaande deregulering van de Belgische wet rond uitzendarbeid. Gelukkig weet de minister dat deze Europese richtlijn met dit klein beetje sociale bescherming slechts een minimum biedt en helemaal geen plafond oplegt.
De onderhandelingen op Europees vlak hebben een aantal jaren aangesleept, waarbij Europese vakbonden en Europese werkgeversorganisaties op sommige momenten lijnrecht tegenover elkaar stonden. Het sociaal akkoord rond uitzendarbeid dat gesloten werd in het Verenigd Koninkrijk zorgde voor een doorbraak, waardoor ook de Europese werkgeversorganisatie bereid was om samen met de Europese vakbonden te werken aan een meer gereguleerde Europese uitzendmarkt.
ABVV-Metaal vindt het onbegrijpelijk dat Federgon, de overkoepelende organisatie van de uitzendsector, de Europese richtlijn misbruikt om binnen de Nationale Arbeidsraad te blijven pleiten voor een verdere deregulering van de uitzendsector. Vandaag blijkt overduidelijk dat de uitzendkrachten geen nood hebben aan minder regulering, integendeel. De uitzendsector is de barometer van de economie. Als het economisch minder goed gaat zijn de interimarbeiders de eerste slachtoffers. Uit cijfers van Federgon blijkt dat in vergelijking met dezelfde periode van vorig jaar er maar liefst acht procent uitzendkrachten minder aan het werk zijn. We merken in de automobiel en andere metaalbedrijven dagelijks het lot van diegene die de goedkoopste zijn: wie het goedkoopst is krijgt ook het eerste slaag.
We hebben een behoorlijke Belgische wetgeving wat uitzendarbeid betreft. In praktijk wordt het wettelijke kader echter systematisch met de voeten getreden. Daarom moeten er nu voor zorgen dat de Belgische uitzendkrachten de bescherming genieten waar ze recht op hebben, en moeten de hiaten opgevuld worden met een afdwingbare wetgeving. Het Belgische wetgevend niveau rond uitzendarbeid mag als voorbeeld gelden voor de andere EU-landen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten